|
|
|
|
| Gouverneur der Residentie / Residentional Governor |
|
|
|
Gouverneur der Residentie
|
|
De oudste zoon van Johann Friedrich Happé en Cecilia Tijhoff, beiden OUDOUDERS van de Probandus, was Cornelis Hendrik Happé. Hij trad in 1820 als officierszoon en vrijwilliger in dienst bij de Afdeling Infanterie.
|
|
De Napoleontische tijd van onrust en oorlogen was toen voorbij. Wel was hij van de partij toen in 1830 in de Zuidelijke Nederlanden de opstand uitbrak. Uiteindelijk was de afscheiding in 1839 van België een feit. In dat jaar werd Limburg ook gesplitst. Het gedeelte, dat thans onze provincie Limburg vormt, kwam als hertogdom aan Nederland, in ruil voor een deel van Luxemburg. Het gedeelte van Luxemburg, dat resteerde, het tegenwoordige Groothertogdom, bleef aan Koning Willem I. Als Luitenant-generaal werd Cornelis Hendrik Happé Gouverneur der Residentie (1866) en was hij representant van de gehele krijgsmacht tegenover de buitenlandse diplomatieke vertegenwoordigers, terwijl hij bij officiële plechtigheden in de Residentie een verantwoordelijke taak had voor wat betreft de veiligheid van de leden van het Koninklijk Huis en in verband met het militair ceremonieel.
|
|
|
|
|
|
Cornelis Hendrik Happé |
Orde van Hendrik de Leeuw [Brunswijk]. |
Cornelis Hendrik Happé |
|
|
|
|
Eén van de plechtigheden die hij regelde was bijvoorbeeld de onthulling van het monument, een obelisk opgericht ter nagedachtenis aan de Hertog van Saksen-Weimar (thans nog te bezichtigen tussen de bomen van het beroemde Lange Voorhout te 's-Gravenhage). De Koning benoemde Cornelis Hendrik Happé in 1867 tot Staatsraad in buitengewone dienst. Zo kon hij, waar nodig, zijn deskundige mening geven aan de Raad van State die op hun beurt advies uitbrachten aan de Koning voordat hij zijn laatste goedkeuring kon hechten aan een bepaalde wet of een algemeen maatregel van bestuur.
Governor of the Residence.
The oldest son of Johann Friedrich Happé and Cecilia Tijhoff, both ´OUDOUDERS´ of the Probandus, was Cornelis Hendrik Happé. He became employed within the Army in 1820, as a volunteer (and an officer's son) at the infantry department. The Napoleontic times of disorder and war were over by then. However, he was active in 1830, in the Southern Netherlands when the revolution started. Eventually in 1839 Belgium was formed. In that year Limburg was also split up. The part, which now is known as the province Limburg, was added as a duchy to The Netherlands, in exchange of a part of Luxembourg. The part of Luxembourg, which was left over, present Grand Duchy, remained to King William I.
|
As Luitenant-generaal Cornelis Hendrik Happé became Governor of the Residence (1866). Thus he became the representant of the whole armed forces to the foreign diplomatic representatives, whereas he had a responsible task at official ceremonies in the residence with regard to the security of the members of the Royal House and concerning the military ceremonial. For example, one of the ceremonies he regulated, was at the revealing of the monument, an obelisk, to commemorate the duke of Saksen-Weimar (now still to be visited at `de Lange Voorhout´ in The Hague). The King appointed Cornelis Hendrik Happé in 1867, as State Council in extraordinary service. Thus it was possible that he, whenever necessary, gave his opinion to the Council of State.
|
|
|
|
|
NAAR BOVEN / TO TOP OF PAGE
|
|
|
|
|